Penterbak bouwt het Amsterdamsche Wapen

◄ index      ◄ De koning en het rollenkruiwerk - blad 4     BLAD 5     blad 6 - De kast of het kot ►                                      

De overring de kotbalken en de sleutelbalk


De basis van de paltrokmolen wordt als eerste gevormd door de overring. Bij de bovenkruiers begint hier de opbouw van de kap, maar bij de paltrokmolen moet de gehele constructie vanaf de overring worden opgebouwd. De overring van de paltrok wordt niet veel anders geconstrueerd dan die van de molenkappen. Alleen is de belasting van beide ringen compleet verschillend.

Een zetelkruier met kruirollen.

De paltrokmolen is evenwel geen rollenkruier maar vooral een zetelkruier.

Tijdens de ontwikkeling van de paltrokmolen werd zeer waarschijnlijk een standerdmolenkast gebruikt waarbij  de standerd en de steenbalk werden verwijderd voor herinrichting van de kast. Door de plaatsing op een vlot werden de standerd en de loodzware steenbalk ook niet gemist. De drijvende zaagmolen hield het niet lang vol en werd weer op het land gezet. Daar diende het probleem zich voor van het gemis van de weggesloopte standerd. De oplossing werd gevonden door een horizontale staartbalk te plaatsen met een draaipunt op een op de standerdmolen gelijkende stormpen rustend op een poer of stiep.  De koning. Omdat de kast alleen steunende op deze onderste zetel niet in balans kon blijven werd ook het ontwerp van de overring en het rollenkruiwerk van de bovenkruier erbij gehaald. Een ringmuur zou een rolvloer dragen en het gewicht zou nu op een rollenkruiwerk worden gezet. Maar... de zaagmolen werd vele tonnen zwaarder dan een enkele molenkap. Kruien bleek bijna onmogelijk op de zwaar belaste houten rollen. Door het weer plaatsen van een steenbalk en een, de standerd vervangende stijl, kon de molen met een zware wig worden opgezet, waardoor het gewicht op de stiep rustte en de kruirollen alleen diende ter ondersteuning en de kast prima in balans hielden.   Alleen omdat de kast aan de voorzijde wat zwaarder woog door het uitstekende zware wiekenkruis werden hier de kruirollen belast. Tijdens een stevige maalwind danst de molen weer op zijn koning. Kruien werd kinderspel.


De beschrijving van de opbouw en  van de plaatsing van de overring wordt haarfijn beschreven in Het Groot Volkomen Moolenboek. De tekst vind je halverwege.

De overring en de kotbalken

De overring ligt in de bouwmal. De kotbalken en de sleuterlbalk worden in positie gebracht.


Verbinding van de overringssegmenten

Een detail van de overring. De nagels zijn 1,4 mm. dik. Gemaakt van bamboe cocktailprikkers en dunner geschuurd.

Met een stevige pen en lippen verbinding is deze las verankerd door houten toognagels. Het aantal segmenten bedroeg veelal een stuk of 8 à 9 en hing af van de beschikbare eiken delen. Ook werd gebruik gemaakt van de natuurlijke kromming in de hiervoor uitgezochte delen. Wel werd voorkomen dat de lassen samenvielen met passerende delen als voeghouten of kotbalken. ( De kotbalken van de paltrok zijn te vergelijken met de voeghouten bij een kap).


De verbinding van de kotbalken op de overring

De kotbalken worden op de oversteek van de overring met voorloeven verbonden.


Het gat in de sleutelbalk


Het draaipunt van de paltrokmolen. Het gat in de sleutelbalk voor de koningspen. Het draagvlak van de paltrokmolen begint al zichtbaar te worden door de slijtplek rond het gat. Een smeerpoort geeft toegang tot de pen van de koning. Dit detail moet heel herkenbaar zijn voor de standerdmolenaars. Bij de paltrokmolen hebben de koning en de sleutelbalk het zeteldraaipunt van de steenbalk en de stormpen uit de standerdmolen overgenomen.


 

 Het tekstdeel uit Het Groot Volkomen Moolenboek:

Ook is hier de Staart-Balk op zy vertoont, met zyn Pollen en Wint-Koppel daar door, en een Pol op zyn plat hoe hy gewerkt word. Ook ziet men daar onder de Koning en de Pen met stippels daar in, en de Kraag daar om met ysere stroppen: ook ziet men hoe de Koning op de Kruys-Balk gewerkt word: ook word aangewezen hoe den Overring met een Voorloef in den Staart Balk leyt, en hoe dezelve met de Ysers vast gehouden word, want als men de Vloer op de Kruys-Balk heeft gelegt, legt men de Rol-ring met de Rollen daar boven op, en dan legt men onder yder Rol een twee duyms end Plank, gelyk aangetoont is dat de Rollen twee duym van de Vloer af zyn. Als de Moolen nu klaar is, dan neemt men de twee duyms stukken uyt de Rollen, moetende de Moolen meest op de Koning zyn dragt hebben, gelyk vorder in de Opstal kan gezien worden...


 

 De koning en de koningspen het draagvlak van de paltrokmolen

De koning en de koningspen. De zetel en het draaipunt van de paltrokmolen.


Opzetten van de paltrokmolen

De molenmakers plaatsen de twee duims planken onder de kruirollen.


= Het opzetten van de paltrokmolen. =

Tijdens de bouw gebeurt dit, volgens de oude beschrijving, met vlakke twee duims planken. Na het aanslaan van de opzetwig onder de koningsstijl  blijft de kast op hoogte boven de kruirollen.

Als na verloop van tijd de kast begint door te zakken en te veel op de rollen komt te rusten dient de hele molen opnieuw te worden 'opgezet'. Met behulp van leidzame wiggen, die voor de kruirollen worden gelegd, kan de molen omhoog worden gekruid waarmee het volle gewicht van de molen tijdelijk door de rollen wordt opgevangen en tevens het gewicht van het eigenlijke draagpunt wegvalt. De opzetwig kan nu met zware hamers worden opgedreven, waardoor de draagspanning weer onder de koningsstijl wordt hersteld. Als de molen weer van de opzetwiggen wordt afgekruid, 'moetende de Moolen meest op de Koning zyn dragt hebben'.


 Verbinding kotstijl met kotbalk en overring

Koppelen van de kotbalk en overring aan de kotstijl.


Verbinding kotstijl met kotbalk en overring

Omdat de hele paltrokmolen omhoog wordt getild worden de kotbalken en de overring zwevende onderdelen. Voor een solide bevestiging werden er zware ijzeren banden gebruikt waarvan het ondereind werd ingelaten in de onderkant van de overring. Met zware nagels werden de delen bijeen gehouden.


De kotvloerbalken en de vloerleggers

Tussen de kotbalken worden de kotvloerbalken geplaatst. Enkele lange leggers ondersteunen de plankenvloer van het zaagselkot. De driehoekige vloer in het verlengde van de zaagselvloer staat bekend als 'de achtergrond'.

Met deze benaming wordt door de houtzagers het bekende spreekwoord: ' op de achtergrond geraken' gebruikt. Doelende op de situatie dat de op leeftijd geraakte houtzager zich op deze vloer nog altijd nuttig kon maken met het vijlen en zetten van de zaagbladen. De zaagbok was hier tegen de achterste sleestellingbalk vast gezet.


Het windkoppel

Het windkoppel in de krui-pollen. Nog even naar een kruireep zoeken.

 


◄ index     ▲top     blad 5     door naar blad 6 - opbouw van de kast:  de stijlen en bintbalken ►


Bijgewerkt: 11-12-2016  /amsterdamblad05.html